IN WELK JAAR BRACHT KONINGIN ELISABETH EEN BEZOEK AAN GENT?

 

In verschillende publicaties wordt een foto van Koningin Elisabeth van België gereproduceerd waarbij zij een bezoek brengt aan de Prosper Claeysstraat bij het Sint Pietersstation. Veelal wordt dit gekoppeld aan de inhuldiging van de straat of aan de opening van de Wereldtentoonstelling van 1913.

Zo verscheen eind jaren 70 het boek “Gent in oude prentkaarten”, waarin foto nr. 149 met het jaartal 1913 wordt geassocieerd. Ook in een reeks “Waar is de tijd?” uit 1999 pp. 486-481 werd dit jaartal naar voren geschoven. En zo wordt dit gegeven overgenomen door een licentiaatsthesis uit  2001-2002 van Karen Hens over de vereniging Zonder Naam niet Zonder Hart. In de Beeldbank van de stad Gent staat er echter geen jaartal vermeld, wel de naam van de fotograaf Géo Pieters. De vraag is dus: wanneer werd deze foto genomen?

Een eerste opmerking over dit beeld kwam van Mr. Mark Rummens. Hij meldde dat het huis rechts op de foto zijn ouderlijk huis was, dat eigenlijk op de Koning Albertlaan stond. De bouw ervan is in 1914 gestart en vanwege de oorlog pas in 1916 afgewerkt. Het gezin Callier was er eerst  gedomicilieerd. Het aanpalend huis is slechts in 1924 gebouwd en staat niet op de foto. Het ouderlijk huis was alleszins het oudste gebouw van de Koning Albertlaan ten noorden van de Meersstraat.

De heer Gustaaf Janssens, archivaris van het Koninklijk Paleis, werd aangeschreven met de vraag om na te gaan wanneer de koningin eigenlijk Gent bezocht. Dit zou vermoedelijk een te groot onderzoek gevergd hebben in functie van het te verwachten resultaat, maar we kregen toch de opmerking dat de militair die op de foto staat, een uniform draagt dat dateert van na de eerste wereldoorlog.

We zien op de foto duidelijk burgemeester Emile Braun die de vorstin vergezelt. Op één van de bekende foto’s van de opening van de Wereldtentoonstelling van 1913 staat hij echter in vol ornaat naast/in het bijzijn van koning Albert I. Waarom loopt hij er dan nu gewoon in burgerkledij bij? Vanaf 1922 was het de nieuwe burgemeester Alfred Vanderstegen die de eer zou hebben de Floraliën te openen en dus het koninklijk echtpaar te begeleiden.

Antwoorden trachtten we in de toenmalige kranten te vinden. In De Standaard vonden we het programma van het bezoek van het vorstenpaar op 14 april 1923 aan de opening van de Floraliën. De Prosper Claeysstraat komt daar niet in voor. De kranten van een jaar eerder gaven eveneens geen positief resultaat, maar in de editie van maandag 9 mei 1921 vinden we volgend citaat terug: ”Het bezoek dat de koningin aan Gentse armen en krijgsverminkten bracht ging naar haar wens zoo weinig mogelijk officieel en enkel met de strikt nodige prachtvertoon. Van vroeg in de morgen waren al de huizen op de doortocht bevlagt en was er een massa volk te been”. Het strikt nodige dus…

Uit hetzelfde artikel vernemen we volgend verhaal. De koningin  kwam in Gent aan via de Keizerspoort, vergezeld door de graaf Philippe de Lannoy, grootmeester van het hof, commandant Delvaux, commandant van Hare Majesteit en Ghislaine de Caraman Chimay, haar hofdame.  De provinciegouverneur André de Kerkhove de Denterghem en burgemeester Braun verwelkomden het gezelschap en samen reden ze door overvolle straten met vele haltes om bloemen te overhandigen. Toen ze aan de Prosper Claeysstraat kwamen, werden ze daar verwelkomt door de heren Marc Bartsoen, voorzitter van Bureel van Weldadigheid en Constant Heynderickx, voorzitter van de Commissie voor de Burgerlijke Godshuizen. Daarmee weten we ook wie er zoal allemaal op de foto staat. De koningin werd aangesproken in beide landstalen, maar zij sprak Vlaams met de bewoners van de huisjes. 

Na dit bezoek trok ze ook naar de Rooigemlaan waar een gelijkaardig huizenproject bestond, de Slinke Molenstraat. Daar werd ze ontvangen door de heren De Bast en Casier. Na een etentje bij de gouverneur ging het bezoek verder aan de tentoonstelling van de oorlogsverminkten in de Handelsbeurs om tenslotte vlug terug naar de hoofdstad te terug te keren om president Poincaré van Frankrijk te ontvangen.

Enkele dagen later publiceerde Vlaamsgezinde krant De Standaard een kritiek met een open vraag aan de organisatoren van het bezoek. Journalisten waren op zoek gegaan naar bewoners van het straatje die Frans konden spreken met de vorstin. Helaas bleek slechts één iemand van de 41 betrokken families daar toe in staat. Bovendien was die persoon uit Noord-Frankrijk afkomstig. Hij werd aangeduid om de koningin te verwelkomen, maar deze beslissing was niet in goede aarde gevallen bij de andere bewoners. Uiteindelijk deden ze dan toch de ontvangst in beide landstalen, waarbij de koningin de oudjes enkel in het Vlaams van antwoord diende.  

In juli mochten de bewoners van beide straten en ook deze van de Liverpoolstraat een geschenk in ontvangst nemen in het Weldadigheidsbureel. De mannen kregen een “blauw coutiel kostuum” , een hemd, twee paar kloefen en een kilo koffie. Coutiel was een zware linnen stof, gemengd met katoen, gebruikt voor werkkledij en matrassen. De koningin beloofde bij haar volgend bezoek aan Gent geschenken mee te brengen voor de vrouwen. We hebben echter geen spoor gevonden van een volgend bezoek …

Het bezoek vond dus plaats op zondag 8 mei 1921 zoals aangekondigd in de krant van 7 mei van dat jaar.

 

Pierre Van Cleven

Met dank aan Mark Rummens, Gustaaf Janssens en Bart D’hondt (Liberaal Archief)